Jacques l’Hermite, admiraal

Jacques l’Hermite de jonge (Antwerpen, januari 1582 – Callao de Lima, 2 juni 1624) was een opperkoopman bij de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC), die vanaf 1614 samenwerkte met zijn zwager Kiliaen van Rensselaer in de handel in juwelen en edele metalen.[1] In 1622 werd hij als admiraal van de Nassause vloot aangesteld. Hij maakte een reis om de wereld met elf zwaarbewapende schepen en 1600 man aan boord, waarvan 600 soldaten. Het doel was de verovering van een Spaanse zilvervloot, Peru, inclusief de rijke zilvermijnen van Potosi (nu Bolivia) en Portoviejo in Ecuador. L’Hermite moest zich tevreden stellen met een groep van zeven onbewoonde eilanden, Hermite eilanden, die naar hem is vernoemd.

Biografie

Over zijn jeugd is weinig bekend. Hij had minstens een zuster: Constantia. Rond 1600 was zijn gelijknamige vader (1545-) actief in Rotterdam, een koopman en boekhouder van de VOC kamer te Rotterdam. Zijn vader had een groot aandeel gehad in de expeditie van Olivier van Noort. In 1601 was hij in Sevilla in Spanje.[2] In 1605 vertrok hij als secretaris van Cornelis Matelieff naar Malakka. In 1607 werd hij benoemd in Bantam als opvolger van Jan Willemsz. Verschoor.[3] Hij ontmoette Paulus van Caerden, die een mislukte aanval op de Portugezen in Mozambique had gedaan. In 1610 werd hij raad van Indië en wist een verdrag met de vorst van Jacatra af te sluiten. Pieter Both zou het jaar daarop een factorij stichten, die onder het bewind van J.P. Coen zou worden uitgebreid en Batavia kwam te heten. In 1612 keerde hij terug naar Middelburg, maar weigerde opnieuw naar Indië te gaan. Hij trouwde in 1613 in Amsterdam met Theodora van Wely, afkomstig uit Wijk bij Duurstede. Het echtpaar kreeg minstens vijf kinderen.[4] In 1614 werkte hij samen met Samuel Blommaert op het gebied van verzekeringen. In 1619 verklaarde hij dat juwelen, en parels belastingvrij konden worden ingevoerd of uitgevoerd. In 1621 was hij getuige bij het huwelijk van Jodocus Hondius II, samen met zijn zwager Kiliaen van Rensselaer.

Nassause vloot

De kust van het schiereiland Paracas

De belegering van het eiland Puna door een vloot onder admiraal Jacques L’Hermite, naar een prent uit 1630.

De Nassause vloot was een joint venture van de Staten-Generaal en de VOC. Het was de vijfde vloot die om Vuurland zou varen. Er waren in het jaar van voorbereiding veel problemen met de Admiraliteit rond de financiering, en de aanschaf van kanonnen, kruit en levensmiddelen. De VOC zag in 1622 niet veel brood in de onderneming en er is geprobeerd de WIC bij de Nassause vloot te betrekken.[5] De schepen en de bemanning lagen in oktober 1622 al gereed, maar vanwege het slechte weer is niet uitgevaren. In november is het personeel met een maand gage naar huis gestuurd. Op 18 april kreeg l’Hermite een geheime instructie overhandigd. Eind april 1623 vertrokken de schepen Oranje [6], Haas, (Wapen van) Amsterdam, Arend, Koning David [7], Delft, Eendracht, Griffioen, Windhond, Hollandia, Hoop en Mauritius vanuit Goeree. De opvarenden hadden aanvankelijk geen idee waar de reis naar toeging. Er was sprake van een dienstverband van zes maanden.[8] Tussen 11 augustus en 4 september stierven er 42 opvarenden vanwege het slechte drinkwater dat men op het eiland São Vicente (Kaapverdië) had ingenomen. In februari 1624 voeren zij door de Straat Le Maire. Naar L’Hermite werd een groepje eilanden en naar zijn viceadmiraal Gheen Huygen Schapenham en twee schepen zijn een baai genoemd. Acht man verdronken er tijdens een storm, zes man werden opgepikt nadat ze anderhalf uur hadden rondgezwommen. Er hebben ontmoetingen plaatsgevonden met de de plaatselijke indianen, de Yahgan, waarbij 17 opvarenden werden gevangengenomen en gedood.[9]

De zuidelijkste punt van Zuid-Amerika met de Hermite eilandengroep

De kust van het Hermite eilanden

Vijf matrozen van de Hollandia werden tot de strop veroordeeld nadat ze waren betrapt bij het openbreken van het ruim. Ze kregen enkele dagen later gratie van de admiraal. Een groepje van twaalf man had geen zin langer te dienen onder Schapenham of de jongste onderofficier Witte de With die de discipline zo streng handhaafde dat ze zijn achtergebleven op Juan Fernández, een onbewoond eiland voor de visrijke kust van Chili.[10] 7 mei kwam de Nassause vloot aan bij Callao. De Spaanse onderkoning was al geruime tijd op de hoogte en de zilvervloot bleek op vrijdag 3 mei vertrokken richting Panama. l’Hermite besloot niet de zwaarbeladen zilvervloot te achtervolgen, maar over te gaan tot een aanval op de schepen in de baai en het fort van Callao.[11] (Ondertussen en bijna gelijktijdig was Jacob Willekens met een vloot van 26 schepen in de Allerheiligenbaai op de kust van Brazilië geland.)

Callao

Op het hoogtepunt van het Onderkoninkrijk Peru werden bijna alle producten uit Peru, Bolivia en Argentinië over de Andes naar Callao vervoerd, om van daar te worden verscheept naar Panama. L’Hermite gaf de opdracht tot het veroveren van de stad Callao, die zwak was verdedigd. De soldaten probeerden aan land te gaan, maar de poging mislukte.[12] De Spanjaarden sleepten kanonnen naar de kust en ook een tweede aanvalspoging de volgende dag bleek niet succesvol.[13][14] De burgerij kwam in het geweer en het aantal verdedigers verdubbelde. De scheepsraad besloot tot een blokkade van Callao en hoopt dat er door de schaarste in de stad Lima een opstand zou uitbreken onder de 10.000 slaven. Er zouden ca 15-30 schepen in brand zijn geschoten en twee of twaalf schepen buitgemaakt met appels en druiven en 2.600 flessen (?) wijn of (Pisco (drank)).[15]

De hoogste stad ter wereld Potosi, vanwege haar mijnbouwgeschiedenis en rijkdom aan cultuurmonumenten nu op de lijst van Werelderfgoed

Vanwege de aflandige wind zocht men dekking op het eiland Isla San Lorenzo waar geen zoet water aanwezig is. De scheepsraad kreeg te maken met een opstandige bemanning en de moraal zakte tot een dieptepunt in het voordeel van de Spanjaarden, die zich inmiddels hadden versterkt.

Vier schepen onder bevel van Cornelis Jacobs, een zwager van l’Hermite zeilden ondertussen zuidwaarts om de kustplaatsen Pisco, Arica en Nazca te overvallen.[16] En een week later vertrokken er twee schepen voor een aanval op Guayaquil. De aanval in het zuiden mislukte, maar die op de scheepswerf van Guyaquil slaagde.[14]

Op 2 juni stierf L’Hermite aan disenterie die al (in september) in Sierra Leone ziek was geworden. Hij werd begraven op het grootste eiland voor de kust van Peru. Op het eiland werden in totaal 70 man begraven. Op 2 juni vond er in dit tektonisch gevoelige gebied een aardbeving plaats.

Op 14 augustus vertrokken de schepen na een beleg van bijna honderd dagen via Acapulco naar de Molukken, nadat opnieuw was geprobeerd Pisco te veroveren. Schapenham werd tot vlootvoogd benoemd en de oudgediende Jan Willemsz. Verschoor tot vice-admiraal. Ze arriveerden op 2 april 1625 met twee buitgemaakte schepen voor Ambon. De 900 soldaten van de Nassause vloot hielpen Herman van Speult met een legertje van 2.000 man in mei en juni bij de verwoesting van plantages op de westkust van Ceram, waarbij 150 boten zijn verwoest, 65.000 kruidnagelbomen zijn gekapt of van hun schors ontdaan. Er vielen 90 doden en 130 gewonden aan de Nederlandse kant.[17] In oktober 1625 werd Batavia aangedaan. In juli 1626 keerden de schepen inmiddels onder bevel Witte de With terug in Texel.

Zijn weduwe, woonachtig naast haar zuster op de Keizersgracht, kreeg in 1627 na herhaalde verzoeken 1.000 gulden uitgekeerd. Zij hertrouwde een burgemeester van Amersfoort.

Het reisverslag

  • Verhael Van ‘t ghene Den Admirael l’Hermyte in syne reyse naer de Custen van Peur verricht … heeft.
  • Waerachtigh Verhael Van het succes van de Vlote onder den Admirael Iaques L’Hermite ….
  • Journael van de Nassausche vloot, ofte beschrijvingh van de voyagie om den gantschen aert-kloot, gedaen met elf schepen: onder ‘t beleydt van den admirael Jacques l’ Heremite ende vice-admirael Gheen Huygen Schapenham, inde iaren 1623. 1624. 1625. en 1626. Noch is hier by gevoegt een beschrijvinge vande regeeringe van Peru door Pedro de Madriga, geboren tot Lima. Als mede een verhael van Pedro Fernandez de Quir aengaende de ontdeckinge van ‘t onbekent Australia, sijn grooten rijckdom en de vruchtbaerheyt. Oock mede eenige discoursen de Oost-Indische vaert en de coopmanschap betreffende. Het reisverslag is mogelijk geschreven door de wiskundige Johannes van Walbeeck en gepubliceerd door Hessel Gerritsz.[18]
  • Adolf Decker Journal oder Tag-Register der Nassauischen Flotte und historisch ordentliche Beschreibung einer gewaltigen mächtigen Schiffahrt um die ganze Erdkugel rund umher in den Jahren 1623, 1624, 1625, 1626 und 1627, verrichtet. Straatsburg 1629.

 

Bronnen, noten en/of referenties

  1. http://members.home.nl/van.welie/Genealogie%20Van%20Welie%202%20Jan.html
  2. NA 337/274, not. Willem Benninck, dd. 18 december 1614.
  3. Nederlandsche reizen, tot bevordering van den koophandel
  4. Doopbewijzen
  5. Op jacht naar Spaans zilver. Het scheepsjournaal van Willem van Brederode, kapitein der mariniers in de Nassause vloot (1623-1626), p. 45, 71.
  6. http://www.vocsite.nl/schepen/detail.html?id=11804
  7. http://www.vocsite.nl/schepen/detail.html?id=11524
  8. Op jacht naar Spaans zilver. Het scheepsjournaal van Willem van Brederode, kapitein der mariniers in de Nassause vloot (1623-1626), p. 83.
  9. Journalen van drie voyagien
  10. Op jacht naar Spaans zilver. Het scheepsjournaal van Willem van Brederode, kapitein der mariniers in de Nassause vloot (1623-1626), p. 29.
  11. http://libweb5.princeton.edu/visual_materials/maps/websites/pacific/mendana-queiros/view-callao-1626.jpg
  12. http://dutchinperu.blogspot.com/2009/06/pirates-or-explorers-dutch-presence-in.html
  13. http://www.dbnl.org/tekst/aa__001biog13_01/aa__001biog13_01_0836.php
  14. HAD HERMITE GEWONNEN, DAN SPRAK PERU NU NEDERLANDS
  15. Journalen van drie voyagien, p. 60
  16. De regio is bekend vanwege de Nazca-cultuur en de Nazcalijnen.
  17. De opkomst van het Nederlandsch gezag in Oostindië door P.A. Tiele (1890), p. ? [1]
  18. [2]
  19. Op jacht naar Spaans zilver. Het scheepsjournaal van Willem van Brederode, kapitein der mariniers in de Nassause vloot (1623-1626), p. 7.
  20. http://www.youtube.com/watch?v=T334bClwOpo

Loading

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *