Adriaen Maertensz. Block, gouverneur op Ambon

Adriaen Block, Martensz. (1582 – Lisse, 7 maart 1661) was achtereenvolgens schipper voor de Kamer van de VOC in Amsterdam, commandeur, gouverneur en Raad van Indië. Nadat hij was geschorst en ongeschikt verklaard voor enig ander ambt stichtte hij een buitenplaats bij Lisse, tegenwoordig Kasteel Keukenhof.

Inhoud

  • 1 In dienst van de VOC
  • 2 Ambteloos burger
  • 3 Noten
  • 4 Zie ook

In dienst van de VOC

Adriaen lijkt volgens zijn ondertrouwakte afkomstig te zijn uit Langerak bij Schoonhoven. Nadat hij in 1587 wees was geworden en in Haastrecht of Gouda onder voogdij kwam te staan, zocht Adriaen zijn geluk op zee. In 1601 was hij schipper op een van de acht schepen onder admiraal Jacob van Heemskerk; in 1603 arriveerde de retourvloot uit Oost-Indië in Amsterdam. Onderweg werd een Portugees schip, de Santa Catarina, een zogenaamde kraak, gekaapt, beladen met porselein en zijde. De lading bracht enkele miljoenen op. In 1605 woonde hij op de Nieuwendijk en trouwde  met Catharina van der Laen uit Haarlem.

In 1612 was hij als commandeur van twaalf of dertien schepen, waarvan er elf maanden later negen Bantam bereikten.[1][2] De vloot was vertrokken met 2.000 man aan boord en voer naar de Molukken ter versterking van de scheepsmacht. Het fort op Tidore werd vroeg in de ochtend veroverd op de Spanjaarden. De voorraad kruidnagelen is in brand gestoken.[3]

Van 1614-1617 was Block gouverneur op Ambon, maar blonk niet uit. In 1615 stelde Block een landraad in, waarin de zeven dorpshoofden die het dichtste bij het kasteel Victoria woonden zitting kregen. De andere dorpshoofden, zoals kapitein Hitoe, voelden zich achtergesteld.[4] Onlusten als gevolg van zijn beleid maakten ingrijpen noodzakelijk. Er werd er een vergadering bijeengeroepen door Steven van der Hagen. Block werd vervangen, Van der Hagen nam tijdelijk het bestuur als gouverneur over de Ambon over (november 1616 – februari 1618).[5] In juni 1617 werd Block formeel vervangen en zijn de partijen met elkaar verzoend. De opperkoopman van de factorij Herman van Speult werd aangesteld als zijn opvolger om de administratie op het eiland uit te voeren. De VOC hield onverkort vast aan de uitvoering van de kruidnagelcontracten. Daarbij betaalde zij niet meer dan de uiteindelijk afgesproken prijs, … terwijl de concurrentie steevast ongeveer 50% meer bod. De VOC ging tot steeds hardere maatregelen over om naleving van de contracten af te dwingen.[6]

In 1618 werd hij benoemd door J.P. Coen in de Raad van Indië. In november 1618 werd de stad Japara verwoest door Block om de gevangenen in Mataram vrij te krijgen. De plaatselijke Chinese handelaren werden naar Jakarta gebracht. Op zijn terugreis naar het vaderland ging hij aan land op het eiland Réunion, waar een inscriptie is aangetroffen.[7] In 1619 arriveerde hij in het vaderland? In 1620 en 1624 liet het echtpaar twee kinderen dopen in Lisse.

Nederlandse (en Engelse?) handelsposten op het vulkanische Ambon en Neira (1655) met de nog steeds werkende Gunung Api (658m), het eiland in zwaveldamp hullend

In 1626 bood hij opnieuw zijn diensten aan. In 1627 voerde hij het bevel over elf schepen. Een viertal schepen wilde het Engelse eiland Wight aandoen maar kwam in een storm terecht. Twee schepen gingen verloren op de kust. Aangekomen in de Oost werd Block ter verantwoording geroepen, omdat hij tegen de orders in Wight had aangedaan. Men vermoedde dat hij daar twee weken was blijven liggen om privé-aankopen te doen.

In 1629 was hij tweemaal betrokken bij de verdediging van Batavia, en werd vervolgens benoemd tot baljuw van de stad. Aan het eind van datzelfde jaar werd hij naar Bantam gestuurd om met de sultan te onderhandelen; een Arabisch paard diende als geschenk. Op 16 juli 1629 werd de stad Tegal op vier punten in brand gestoken; 400 huizen werden verwoest en 200 prauwen, alsmede een aangelegde voorraad rijst. De opmars van het Javaanse leger was daarmee bemoeilijkt.[8]

Bij de begrafenis van Jan Pietersz. Coen liepen Jacques Specx en Block vooraan. Ondertussen werd duidelijk dat hij illegaal wijn, boter, olijfolie, brood en timmerhout aan land had gebracht. Zijn gage is ingehouden en hij kreeg een geldboete van 12.000 gulden opgelegd. Block begon te schelden op zijn superieuren en werd gevangengezet, na beschuldigingen van omkoperij en ongeoorloofde handelingen. Hij verloor al zijn functies en werd ongeschikt geacht nog enig ambt te bekleden. In 1630 ging Block met vrouw (en kinderen) terug naar het vaderland. Hij bedong niettemin voor de terugreis als passagier een plek aan tafel in de kajuit. In 1631 kwam het schip bij Ameland aan. In 1635 sloot hij een schikking met de bewindhebbers van de VOC.

Ambteloos burger

Adriaen Block heeft met zijn officiële functie, maar ook met ongeoorloofde praktijken een redelijk kapitaal hebben verdiend. Tussen 1632 en 1644 kocht hij veel grond in de omgeving van Lisse, met name aan de Heereweg en bij het Keukenduin. Block woonde rond 1640 naast zijn zwager Isaac Massa, een graankoopman op Rusland. In 1641 kocht hij opnieuw land waar hij een aantal buitenplaatsen op liet bouwen, zoals Rosendaal, bedoeld voor verkoop of verhuur aan de Amsterdamse of Haagse elite.[9] In 1644 werd hij ingeschreven als poorter in Amsterdam.

Ter Spekken - anoniem, ca 1730, ZH1.jpg

In 1646 kreeg hij van zijn zwagers, de twee broers van zijn vrouw, die in financiële moeilijkheden waren geraakt, het huis Ter Specke, dat al 118 jaar in de familie Van der Laen was. In 1657 verkocht hij grond aan de stad Leiden toen de trekvaart naar Haarlem werd gegraven.[10] Block tot Langeveld was inmiddels de rijkste man in Lisse. Uit zijn testament kan worden geconcludeerd dat hij twee buitenechtelijke kinderen had, en dat de plaatselijke predikant Romswinckel het aanzienlijke bedrag van 8.000 gulden erfde.[11]

Noten

  1. Tresoor der zee- en landreizen III, Beredeneerd register samengesteld door Peter de Bode op de Werken van de Linschoten Vereniging 51-100, p. 88
  2. http://www.vocsite.nl/schepen/detail.html?id=10359
  3. IJzerman, J.W. (1923) Cornelis Buijsero te Bantam. 1616-1618. Zijn brieven en journaal, met inleiding en bijlagen, p. 168-170.
  4. Knaap, G. (2004) Kruidnagelen en Christenen, de Verenigde Oost-Indische Compagnie en de bevolking van Ambon 1656-1696, p. 49.
  5. Steven van der Haghen, gouverneur van Ambon
  6. Knaap, G. (2004) Kruidnagelen en Christenen, de Verenigde Oost-Indische Compagnie en de bevolking van Ambon 1656-1696, p. 24-25.
  7. Tresoor der zee- en landreizen III, Beredeneerd register samengesteld door Peter de Bode op de Werken van de Linschoten Vereniging 51-100, p. 88.
  8. Ottow, W.M. Rijckloff Volckertsz van Goens. De carrière van een diplomaat 1619-1655, p. 23.
  9. Recensiebank | Recensiebank Historisch Huis
  10. Dijkstra, M en S. Ostkamp (2006) ‘Vondsten uit een beerput van huis Rosendaal te Lisse (ca. 1590-1630). Een kijkje in de keuken van een VOC beambte’, in: H. Clevis/S. Ostkamp, Assembled Articles 3. Symposium on medieval and post-medieval ceramics, p. 88-89.
  11. Hulkenberg, A.M. (1975) Keukenhof. Uitgave van de Historische Vereniging Holland.

Loading